Over apenluiers en berenschieters

De plaatsjes groeien langzaam maar zeker tegen elkaar aan, de een mag zich van oudsher stad noemen, de ander is een lintdorp. En de inwoners hebben een bijnaam, ingegeven door een bijzonder verhaal.

Apenluiers

In het buitengebied van het Utrechtse stadje IJsselstein, fraai gelegen aan de Hollandse IJssel, woonde ooit een boerenknecht met een aapje. De man heette Kees en, bij gebrek aan fantasie had hij het beestje ook maar Kees genoemd. Omdat zowel het leven van mens als dier eindig is kwam Kees te overlijden. Zo’n bericht waart al snel door de Utrechtse waarden en toen het het stadje bereikte werd, naar goed gebruik de doodsklok geluid.
‘ Kees is dood’  gonsde door het stadje. En dat klopte. Wat de mensen zich later pas realiseerden was dat het niet om de knecht maar om zijn huisdier ging. Natuurlijk tot groot plezier van de bewoners van de omliggende dorpen. Een bijnaam was geboren!

Berenschieters

Toen nog een paar kilometer van IJsselstein lag het boerendorp Benschop. Niet veel meer dan een aantal boerderijen langs de wetering en een klein centrum, wel met twee kerken, maar dat speelt geen rol in dit verhaal.
Het had die nacht flink gesneeuwd, zeker een centimeter of twintig bedekte de weilanden en erven. Wat er precies gebeurde, niemand weet het. De vroege ochtendrust werd verstoord door een ijselijke schreeuw. De boer, net uit bed om zijn dagelijkse werkzaamheden te beginnen, pakte meteen zijn geweer en ging naar buiten. Op het erf zag hij een beer, richtte en trof het dier dodelijk. Het dier? Het bleek bij daglicht een kruiwagen te zijn die met de handvatten omhoog voor de schuur had gestaan, onherkenbaar ingepakt door de verse sneeuw.

Of het IJsselsteiners waren die de geschiedenis in geuren en kleuren door vertelden vertelt het verhaal niet maar de Benschopper hield er een bijnaam aan over!

7 Comments

Laat een reactie achter bij Rob AlbertsReactie annuleren

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.