“Zet jij de asbak even buiten?” Vroeger een heel gewone vraag aan een van ons op de dag dat de vuilniswagen langs kwam. Waarom de vuilnisbak, want die moest op tijd aan de weg staan, asbak genoemd werd was me altijd een raadsel.
Natuurlijk, in de tijd dat we nog een kolenkachel hadden ging er ook as in. Naast allerlei ander afval, van scheiden was toen nog geen sprake.
In het boekwerk over Utrechtse nieuwjaarswensen, dat ik onlangs gekregen heb, staan ook wensen van aschkarlieden en bij nadere beschouwing blijken dat de mannen te zijn die het vuil in de stad ophaalden.
Eindelijk, na zo’n zeventig jaar is ook dit raadsel opgelost!
De asbak herinner ik mij nog goed.
En de voetbalclub die oud papier kwam ophalen. Met paard en platte wagen. Net als de schillenboer en de oud ijzer handelaar.
Glasflessen met statiegeld waren de aanvulling op mijn zakgeld.
Scheiden van afval ben ik van jongs af aan dus gewend.
Duurzame groet,
De schillenboer en de voddenboer kwamen bij ons ook langs. Inderdaad, gescheiden afval, ook toen al.