Wereldpolitiek

“Wat een akelig rotjong woont daar. Laatst heeft ie de toegang tot de weg gebarricadeerd omdat hij graag rustig wilde vissen.”

“Ja, en nu heeft hij die mooie rododendrons bij zijn buren vernield.”

“En ik hoorde dat hij de rest van de tuin van die buren ongevraagd aan het omspitten is. Die buurman kwam bij ons zelfs vragen of we niet konden helpen die klier tegen te houden.”

“Het schijnt dat hij thuis ook het hele gezin terroriseert. Maar de politie doet niets, ze zeggen dat ze er niet tegen kunnen optreden. Ik hoorde laatst dat hij zijn broertje van het balkon heeft gekieperd omdat die iets lelijks tegen hem gezegd had. En ook dat zijn zusje vaak in de kelder wordt opgesloten. Jeugdzorg kan kennelijk niets doen.”

“Nou, ik hou mijn mond wel, straks vernielt hij mijn auto nog of gooit hij vuurwerk in mijn brievenbus. Dat schijnt hij vroeger ook al eens ergens gedaan te hebben.”

Instemmend gemompel. Het is de zoveelste buurtvergadering en steeds dezelfde klaagzang. Maar niemand durft echt op te treden. Een schreeuw over de schutting dat het nu eindelijk eens afgelopen moet zijn, daar blijft het bij.

En dat rotjong? Die vindt het prachtig, allemaal. Als ze maar bang voor hem zijn dan overkomt hem niets.

3 Comments

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.