Koppig #WOT ’17-15

Waar ik me niet in herken:

  • Als het moet kan ik heel koppig zijn.
  • Dan houd ik voet bij stuk.
  • Ik geef geen duimbreed toe.
  • Zo nodig zet ik de hakken in het zand.
  • Ik geef het niet meer uit handen.
  • Ik laat het niet uit de vingers glippen.
  • Noem het halsstarrig als je wilt.
  • Ik hou gewoon mijn poot stijf.
  • Want wat ik in mijn kop heb heb ik niet in mijn kont.

4 Comments

  1. Kritiek op mijn doen en laten gaat bij mij dan het ene oor in en het andere uit,
    Ik haal dan gewoon de schouders op en steek mijn neus in de wind,
    Dat wil niet zeggen, dat ik het achter de ellenbogen heb,
    Maar soms kunnen mensen mijn rug op als ze mij op mijn teentjes trappen,
    Overigens krijg ik het niet snel op mijn heupen, maar een korenwijntje kan me soms wel eens zwaar op de maag liggen….dan denk ik maar dat het aan mijn lever ligt.
    De volgende dag blijkt dat mijn darmen nog wel goed werken; als ik daarna achterom kijk moet ik wel oppassen, dat ik mij n nek niet verdraai..

  2. Ik houd graag de vinger aan de pols, soms frons ik even de wenkbrauwen. Af en toe reizen mijn haren wel eens ten berge en voel ik mij op mijn ziel getrapt, soms moet ik wel even op mijn tanden bijten, maar toch slaag ik er wel in mijn kiezen op elkaar te houden.
    Ik probeer onder alle omstandigheden de rug recht te houden, maar ik maak van mijn hart geen moordkuil. 🙂

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.