Vrij op bevrijdingsdag

Bevrijdingsdag 2015, een terugblik in dankbaarheid naar 70 jaar vrijheid. Vrijheid met beperkingen. Want laten we eerlijk zijn, we leven in een maatschappij waarin heel veel ordelijk geregeld is. We kiezen daar zelf voor, democratisch, dus we accepteren onze onvrijheden, opgelegd door een meerderheid.
Het herdenkngsprogramma hebben we in alle vrijheid genegeerd, mooi dat dat kan. We hadden ons eigen programma. Na een rustige ochtend waarbij we het idee hadden dat we aan een Canarische kust zaten, zon, wind, hoge temperatuur. Kort na het middaguur werden we, net als elders eerder, dan of later overvallen door een buitje, gevolgd door een wolkbreuk. Terwijl de laatste druppels vielen kwam ons verwachte bezoek en na een kopje koffie/ thee trotseerden we de wind, de storm en lieten ons wind mee over de Lekdijk blazen. Dan weet je meteen dat je terug tegen de wind in moet tornen, ook als je dan de weg achter de dijk kiest. scannen0003Een rustpauze bij Natuurmuseum de Wielewaal in Willige Langerak geeft onze rug wat rust. Het kneuterige is tevens de grote kracht, ben je een keer in de buurt dan moet je gewoon even binnen wippen.
Een beetje door het hele bezoek heen liepen spreekwoorden en gezegden. Waar komt het ondergeschoven kind vandaan leidde tot een ware zoektocht. Maar ook allerlei andere spreekwoorden passeerden de revue. Een maaltijd met een Grieks tintje besloot een leuke dag.
O ja, nog even iets rechtzetten, op campings loopt men niet meer met een toiletrol onder de arm, de toiletten hebben tegenwoordig hun eigen WC-papier.

7 Comments

  1. Mijn moeder ( 1907) was afkomstig uit een gezin van 13 kinderen uit het Groningse Kielwindeweer. Haar vader, mijn grootvader, werkte als daggelder bij een “dikke boer” die in een riante boerderij woonde.
    Ondanks dat haar vader in het zweet zijn aanschijns de kost moest verdienen, bleef hij tot op hoge leeftijd behoorlijk fit. In de schaarse keren, dat ik hem zag vertrouwde hij mij eens toe: “Ik ben zeum en tachtig joar word’n en ik slao mie nog met de hakke’n veur ‘t gat.”
    Het huisje waar mijn moeder met haar ouders, broers en zussen woonde had dusdanige afmetingen, dat, indien er thans een paard in gestald werd, men de plaatselijke dierenbescherming op zijn dak zou krijgen. Er was in het woninkje waar allen verbleven, ( mijn moeder tot haar 12 e want toen moest zij voor dag en nacht de deur uit om ook bij een boer te gaan werken) maar heel weinig plek want ieder jaar kwam er weer een “lutje potje bie,” als mijn opa weer eens een schot had afgevuurd en er weer volgens mijn opoe een “opvreter bie kwam”. De ouders sliepen in de bedstee waaronder een soort lade was waarin de nieuwe boreling zijn/ haar slaapplaats kreeg. Volgens mij komt daar de uitdrukking “het ondergeschoven kind” vandaan als ik het wel heb.
    Ja, dat was allemaal uit de tijd van Bartje “Ik bid nait veur brune boo’n.

  2. er is nog een tweede verklaring:
    Werd bij een welgestelde een dood kindje geboren (en dat gebeurde vroeger veel vaker dan nu) dan wilde de vroedvrouw dat nog wel eens verwisselen met een kansarm kind, liefst waarvan de moeder bij de geboorte was overleden. Dat kind werd in eerste instantie liefdevol ontvangen maar als bleek dat hij/zij toch wel niet erg op de rest leek al snel betiteld als een ondergeschoven kind.
    Ook deze verklaring lijkt me plausibel. Wie het weet mag het zeggen,

  3. Ondergeschoven kind…een kind dat achtergesteld
    werd bij zijn broertjes..zusjes…..
    een Bastaard werd ook wel gezegd….
    Werd trouwens gisteren tijdens een lekkere wandeling overvallen door een stortbui..gewoon in mijn blouse. ..douchen hoefde ik niet meer…alleen maar af te drogen…

Geef een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.