Ik mag graag kaas eten. Op de boterham, op een sneetje roggebrood. Een Frans kaasje op een toastje, of met een olijfje van een prikker. Ik vind het allemaal lekker mits het goede kaas is.
Jazeker, ik heb mijn voorkeuren. Op de boterham of zomaar uit het vuistje prefereer ik de boerenkaas die we hier in de Krimpenerwaard vinden. Goudse kaas, of preciezer Stolwijkse, pittig belegen.
Afgelopen weekend waren we langs de Vlist naar Haastrecht gefietst. Daar zit al enige tijd een zelf kazende boer op de Oost Vlisterdijk. “Laten we daar maar eens een pondje halen”, stelde ik voor. Normaal kopen we onze kaas tussen Bergambacht en Berkenwoude, een keertje iets anders kan natuurlijk geen kwaad. Op de vraag om een pond pittig belegen sneed de boerin 998 gram af. Ze schrok er zelf van, het maghetietsmeerzijn kon echt niet meer. Ach, het komt toch wel op, zondag visite, volgende week klaverjassen bij ons, we worden geholpen. Ook maar meteen een jerrycan karnemelk meegenomen, die is al bijna voor de helft leeg.
De foto is bij de Hoogte boezem genomen, net onder Haastrecht.
Smakelijke groet,